– foto’s © Georges Janssens –
Bij Saint-Quentin in Frankrijk en niet ver van de bronnen van de Schelde ligt het kanaal van Saint-Quentin dat een verbinding maakt tussen de Somme en de Schelde. Hiervoor werden twee tunnels gegraven door de heuvels van Vermandois, in Tronquoy (1098 m) en in Riqueval (5670 m). Ze werden in 1810 ingehuldigd door Napoleon.
Ontworpen in de tijd dat binnenschepen nog getrokken werden door dieren en mensen waren de tunnels ook niet voorzien van ventilatie. Met de komst van gemotoriseerde schepen in het midden van de 19e eeuw, riskeerden de bemanningen te stikken in de tunnel. Dit probleem vroeg een dwingende oplossing temeer omdat het kanaal de enige waterweg tussen het noorden en Parijs, met een intensief scheepvaart vanwege de aanvoer van kolen uit de mijnen van Nord-Pas-de-Calais.
In 1863 werd een kettingsleepboot in dienst genomen: op de bodem werd een sterke ketting van bijna 8 kilometer afgezonken waarop de sleepboot zich moest voortbewegen, een sleepboot uitgerust met een grote ankerlier, eerst voortbewogen door een door paarden voortbewogen carrousel (Rogaillot of Rougaillou), daarna vanaf 1910 door elektriciteit. De sleepboot kon tot wel tweeëndertig boten voorttrekken.
Sinds 1965 heeft het parallel aangelegde Canal du Nord deze waterweg echter overbodig gemaakt, zowel qua aanleg als qua omvang: dankzij de 91 meter lange sluizen kunnen twee achter elkaar afgemeerde binnenvaartschepen van 38 meter er gebruik van maken.
Aangezien de reis via het Canal du Nord minstens tien en een half uur bespaart in vergelijking met die via het Canal de Saint-Quentin, is het verkeer op dit laatste dus drastisch verminderd. De elektrische sleepboot bleef echter werken en vierde in 2010 vrolijk zijn honderdjarig onafgebroken dienst. Sinds 2013 en de stopzetting van de Mauvages-tunnelsleep op het Marne-Rijnkanaal was het zelfs de laatste sleep in Frankrijk.
In 2021 voerde Voies Navigables de France (VNF) binnenvaarttesten uit in de ondergrond om de uitstoot van stikstofdioxide en CO² tijdens een overtocht te beoordelen. Door tussen elke boot een tot twee uur te laten verstrijken om de dampen te laten vervliegen, kwamen ze tot de conclusie dat we zonder sleepboot konden, zonder het huidige verkeer te hinderen. Het stervensuur van de Riqueval-sleep kwam eraan. VNF had ook twijfels qua betrouwbaarheid en zag er tegenop voor de aanzienlijke onderhouds- en bedrijfskosten.
De boot zal dus in 2023 uit de vaart worden genomen, maar de herinnering zal blijven bestaan in het sleepmuseum, in Saint-Quentin, gerund door het VVV-kantoor, dat zich nu al ontfermt over de vorige sleepboot uit 1910, Ampère 1.
Een compleet (franstalig) verhaal kan u ook lezen: https://www.escapades-en-hautsdefrance.com/le-touage-de-riqueval-et-son-mu